Kinderen van Nieuw en Meer | Wido
Wido

Wido    (1990)

"Mijn vader heeft van dat pand een prachtig huis gemaakt. Het had heel veel verschillende verdiepingen met steeds een halve trap ertussen. Dus elke vloer lag op een andere hoogte. Het zat heel gek in elkaar. Onze slaapkamer was één slaapkamer maar was verdeeld in tweeën. Als je voorbij onze kamer was, kon je links een trappetje af, naar de badkamer. En weer via een trappetje naar beneden. En dan was je in het atelier, bóven in het atelier, want het atelier had twee verdiepingen. De slaapkamer van mijn vader en moeder leek een soort ufo, die half uit de muur kwam. Een soort uitkijkpost. En boven, tussen de slaapkamers van mijn zussen in, had je een heel groot raam met van die kleine glazen raampjes.

verdiepingen

Je had kampbewoners, die woonden in een woonwagen aan het einde van het terrein.
En je had een paar motormuizen, ha, ha. En ja, een beetje oude hippies.

Daar kon je in het atelier kijken. En je kon van daaruit bijvoorbeeld zwaaien naar mijn vader en moeder in de slaapkamer.

Als kind had ik niet in de gaten dat er zoveel gedronken werd. De mensen waren gewoon vrolijk.
Later, als je erop terugkijkt en over praat, ontstaat een heel ander beeld.

schroot

Op mijn negende had ik het in mijn hoofd gehaald dat ik een eigen kamer wilde. Ik wilde niet meer met Michiel op een kamer slapen, die snurkte te erg. Dus ben ik een eigen huisje gaan bouwen in de achtertuin. Ik heb vier houten palen van Richard gevraagd, want Richard kapte bomen. Toen heb ik vier gaten in de grond gegraven en heb ik die palen daar in gezet. Al die kunstenaars waren met van alles bezig, die legden van alles bij de schroot. Daar haalde ik hout vandaan. Ik heb van dat huisje tweeëneenhalve muur afgekregen. Volgens mij had ik er zelfs al een deur in. En toen gingen we verhuizen, dus was het huisje niet meer nodig. Het huisje is nooit meer afgekomen."