Kinderen van Nieuw en Meer | Eva
Eva

Eva    (1999)

"In de keiharde regen hebben we ooit op de trampoline staan springen, echt anderhalf uur. We waren door en door nat. Onze kleren kon je gewoon uitwrikken. Dat was hartstikke grappig. De dag daarna deden we het weer. We hebben ook een keer met sneeuw op de trampoline gesprongen, met blote voeten, alle sneeuw ging als één brok omhoog. Je moest niet vallen, want het was koud. En dan probeerden we elkaar om te gooien. Ze veranderen nu heel veel dingen die wij juist het leukst vinden.

sneeuw

Wat ik wel stom vind aan de Nieuw en Meer is dat alles zo lang duurt om ergens naartoe te gaan.

Iedereen is heel kunstzinnig, iedereen op zijn eigen manier. Ik zie het als iemand een schilderij meesjouwt naar beneden of ik hoor het als iemand muziek maakt. De mensen zijn ook vaak anders. Ze kleden zich grappig. Dat iedereen hier iets met kunst doet, is misschien wat ons allemaal verbindt. En daarom is het ook net een soort dorp. Als ik in Oud-Zuid iemand over straat zie lopen, dan zeg ik niet zo gauw 'hoi'. Hier zeg ik dat tegen iedereen.

Buitenland

Bij mijn vriendinnen in de stad gaan we niet buitenspelen. Daar is het veels te druk.

Ik herinner me dat er achter allemaal speeltuindingen lagen. Daar was ook een zandbak. En de boomhut van Robert de Moor, daar kon je je aan twee touwen vasthouden en dan overlopen. Maar dat is nu allemaal weg. Op het Buitenland hadden we een keer een slaapfeestje in zo'n huisje. Dat is hartstikke fijn, want dan heb je alleen maar natuur om je heen. En je kon naar de trampoline gaan, maar die is nu dus ook weg. En dan komt er weer zo'n gebouw en dan wordt het veel moderner, alsof er heel veel nieuwbouw komt. Nu wordt het een beetje een weiland met alle wensen van de volwassenen. Dan komt er zo'n loods, en nu die akkertjes, het gras wordt omgeploegd. Dat is gewoon hartstikke jammer, het is niet zo'n heel fijn veld als je gaat voetballen, maar ik vind dat het gewoon zo moet blijven, zo oud.""