TimeMachine - Atelier Malkovich - Havoc Milk
HavocMilk

Havoc Milk - FLATarchitects, projectarchitect Tim Piët

Een herinterpretatie van de atelierwoningen aan de Zomerdijkstraat in Amsterdam (1932-1934)

Het klassieke kunstenaarsatelier met zijn dubbelhoge kwaliteit en getuigt van een lange traditie. De atelier woningen aan de Zomerdijkstraat zijn een mooi voorbeeld van dit archetype, dat niet mag worden genegeerd. Natuurlijk zijn de maatschappelijke positie en de werkwijze van de hedendaagse en toekomstige eisen voldoen. De kunsten zullen altijd aan verandering onderhevig blijven, maar onderhouden daarbij een spanning met het verleden. Deze spanning wordt in atelier Havoc Milk uitgebuit.
Het klassieke dubbelhoge ruimte met haar noorderlicht blijft de basis voor het nieuwe atelier, maar ze wordt zo aangepast dat de ruimte voor meerdere doeleinden geschikt is gemaakt. Door de grote houten kiepdeuren te openen, kunnen er niet alleen grote objecten naar binnen, maar kan het werk ook aan de buitenwereld worden getoond: er kan een tentoonstelling of performance worden gegeven, of er kan op andere wijze contact met het publiek worden gezocht. En passant kunnen de deuren ook gebruikt worden om het noorderlicht in verschillende gradaties toe te laten.

Een belangrijk element wordt gevormd door de grote verrijdbare panelen. Deze kunnen worden gebruikt als projectiescherm of om canvassen aan te hangen. Doordat de canvassen verrijdbaar zijn middels sleuven in de mozaïekvloer, zijn diverse opstellingen mogelijk. Zeer geschikt om aan meerdere werken tegelijk te werken, maar ook om te exposeren of om het decor van een opvoering neer et zetten. Voor deze panelen is een aparte bergruimte gereserveerd, waarmee een van de grootste ergernissen van ateliergebruikers wordt opgelost: het gebrek aan bergruimte. De werkvloer bestaat net als in de Zomerdijkstraat uit een mozaïek van geglazuurde vierkant tegeltjes, die hun waarde hebben bewezen.

Het derde in het oog springende element is de 'betonnen buis', waarmee de kunstenaar de buitenwereld kan observeren of het atelier in kan kijken om het eigen werk vanuit een ander perspectief te beschouwen. De buis verbeeldt de verbondenheid van de kunstenaar met de maatschappij, maar ook de tegenstelling tussen de introversie en extraversie die het kunstenaarschap door de tijden heeft gekenmerkt. Een groot kantelraam maakt 's zomers van de observatieruimte een buitenruimte. In combinatie met de kiepdeuren aan de andere zijde dient het kiepraam de natuurlijke ventilatie.

De drie hoofdelementen van het atelier zijn in een hoge glazen pui 'gewikkeld'. Deze pui is met de dubbelhoge werkruimte verbonden middels driehoekige bakstenen vlakken. Door net als in het complex aan de Zomerdijkstraat gebruik te maken van een verborgen stalen skelet wordt dit technisch mogelijk. In de aldus ontstane ruimte bevinden zich de ondersteunende functies, die de kunstenaar in staat stellen om langere tijd in het atelier te verblijven. Dit gedeelte is minimaal ingericht: het privéleven speelt zich tenslotte op een andere plek af. Douche en toilet bevinden zich in het element, waarvan de vorm is ontleend aan de oude schoorsteen. Bovenin wordt nu het regenwater opgevangen. De rustruimte is net groot genoeg om een bed te parkeren. Op de benedenverdieping bevindt zich een kleine pantry. Alle secundaire functies kunnen met gordijnen van het atelier worden gescheiden.

De ateliers aan de Zomerdijkstraat zijn ontworpen door de architecten Zandstra, Giesen en Sijmons. Voormalige gebruikers zijn o.a. Jan Wolkers, Gerrit Jan van der Veen en Paul Grégoire.